Regio informatie


Achtergrondinformatie over Tibet en het vluchtelingenprobleem
Tibet was een zelfstandig land tot het Chinese leger in 1949 binnenviel. Er was sprake van een geleidelijke bezetting, die steeds ingrijpender werd. In 1959 kwam het tot een grote uitbarsting in Lhasa, de hoofdstad. In dat jaar werden er ca. 80.000 mensen vermoord. De Dalai Lama, de wereldlijke en spirituele leider, vluchtte naar India en kreeg daar asiel. Ondertussen leven er in India ruim 130.000 Tibetaanse vluchtelingen. In Tibet zijn ruim 1 miljoen mensen vermoord. Door de toestroom van Chinezen vormen de Tibetanen nu een minderheid in eigen land.
De Tibetaanse cultuur is doordrenkt van het boeddhisme. In het land waren veel kloosters, die tijdens de Culturele revolutie (1966-1976) bijna allemaal zijn geplunderd en verwoest. Ondertussen worden of zijn deze met veel inspanning weer opgebouwd door de Tibetanen. Maar de communistische overheersers staan zeer negatief tegenover religie en de Tibetaanse cultuur.
Ze zien kloosters als toeristische attracties en tegelijk ook als broeinesten van verzet. Veel kloosters zijn bezienswaardigheden geworden waar geen plaats meer is voor boeddhistische studie en gebed. Bewakers en gidsen lopen er als monniken verkleed rond. Het aantal monniken is streng gereguleerd en de leiding wordt nauwgezet door de Chinezen gecontroleerd.
De Dalai Lama probeert op een geweldloze en vreedzame manier met de Chinese overheid te overleggen om tot een vergelijk te komen waarbij de Tibetanen op cultureel en religieus gebied autonomie krijgen. In 1989 ontving hij voor zijn optreden de Nobelprijs voor de Vrede.
In India woonden de vluchtelingen aanvankelijk alleen in de uitlopers van de Himalaya. O.a. in Dharamsala, waar de Dalai Lama woont. Later kregen zij van de Indiase regering in het zuiden van het land stukken jungle toegewezen als verblijfplaats. De Dolmastichting concentreert zich voornamelijk op zo’n Tibetaanse enclave in Mundgod, ter hoogte van Goa, ongeveer 300 km. landinwaarts.

  • McLeod Ganj